De poort van jouw hart

Eindelijk. Vandaag ga je schaatsen. Al de hele week kijk je uit naar deze dag. Vorig jaar schaatste je voor de allereerste keer. Wat genoot je. En wat ging het je makkelijk af. Als een ervaren schaatser gleed je over het ijs, met een brede lach van trots en blijdschap. Sportieve meid. Vaak op skeelers naar school, veel leuker dan op de fiets. Regelmatig wil je horen van wie je je sportiviteit hebt. Je weet het allang. Maar elke keer glimlach je trots als ik nogmaals vertel dat je dat van papa hebt. Je hebt het nodig te horen dat je op hem lijkt, dat je dingen doet zoals hij ze deed. Zoals het snoepen van de kaasrandjes. Die randjes die iedereen weggooit, maar waar jij het plastic vanaf trekt, om vervolgens dat heerlijke stukje kaas op te peuzelen. Precies zoals papa dat deed.

Zeven jaar ben je al. Oh nee, zevenenhalf. Scherp en oplettend zou je me nu corrigeren. Want groot wil je zijn. Groot, slim en sterk. Dat heb je jezelf voorgenomen. Maar je bent ook boos. Boos dat je maar tweeënhalf jaar bij papa was. Je vindt het niet eerlijk. Niet eerlijk dat je broer langer van papa heeft kunnen genieten. En dat andere kinderen nog steeds bij hun papa kunnen zijn. Je slaat je armen verontwaardigd over elkaar als je het zegt. Niet. Eerlijk.

Afgelopen kerst zaten we aan het ontbijt. Ik zag je worstelen. Verdriet in je ogen. We knuffelden. We haalden papa erbij, in woorden en foto’s. Je miste hem. Ik heb je een brief voorgelezen die ik een half jaar daarvoor schreef. Een brief over troost. Over het pantser dat ik bij je zie en het gemis in je ogen. Dat ik weet en voel dat je niet voor niets zo’n stoere meid bent. Maar dat dat oké is. Dat je het op jouw manier mag doen en dat ik er altijd voor je zal zijn. Dat papa trots op je zal zijn, ook al kan hij je dat niet meer zeggen. Je luisterde aandachtig, je liet het je raken. Maar spannend was het ook. Want voelen is spannend. Heel snel fladderde je weer weg. Precies zoals ik je dat ook zag doen op de dag dat ik je moest vertellen dat papa dood was. Je broer kwam bij me op schoot zitten. Maar jij wilde niet. Je fladderde rond in de kamer en hoorde ieder woord. Op veilige afstand van de tranen.

Maar jouw tranen zijn er wel. Ze komen vaak onverwacht, meestal samen met tranen van vermoeidheid of verontwaardiging. Je verdrietige tranen rollen dan mee. Hoorbaar vanuit de diepte. Dan is het zo nodig je vast te houden. Je te wiegen. Te begrijpen dat het jouw moment van verdriet is. Zonder woorden. Soms helpt het je als wij woorden geven. Je knikt dan en huilt. De laatste tijd vinden we soms samen woorden. Het helpt je dit te doen door te praten over de poort van jouw hart. Het verhaal dat ik je hierover voorlas, heeft je blijkbaar geholpen. Want je kent het zo goed. De poort die dicht en zelfs op slot kan zijn, als je hart bang is voor nog meer verdriet. Maar ook de poort die jij open kunt zetten, om liefde en blijdschap te ervaren. Jouw poort staat vaak wagenwijd open. Blij en enthousiast kijk je dan het leven in. Maar net zo vaak sluit hij resoluut. Jouw poort. Dichtbij of ver weg ben je. Je trekt aan en stoot af. En niet in de laatste plaats doe je dit bij jouw bonus-papa. Je haalt hem naar je toe, knuffelt en geniet. Maar net zo snel houd je hem op afstand. En dat mag.

Onlangs vroeg je me: “Mama, hoeveel papa’s denk je dat ik krijg?” Ik vertelde je nog maar eens dat je maar één echte papa hebt. Dat dat altijd zo zal blijven. En dat jouw bonus-papa ook een plekje in je hart mag krijgen. Als jíj dat wilt. We praatten erover met behulp van de metafoor van de poort. Je bevestigde het openen en sluiten van jouw poort voor hem. Ik dacht zelf dat het vooral voortkwam uit loyaliteit richting je echte vader. Je wilt niet kiezen tussen die allerliefste papa en deze super lieve tweede papa. En dat hoeft ook niet. Dat vertellen we jou en je broer regelmatig. Maar opeens legde je me uit dat er ook iets anders speelt. “Ik ben bang dat deze papa ook dood gaat.” Zonder twijfel legde je deze boodschap bij mij neer. En ook bij hem, want je vroeg me het ook tegen hem te zeggen. Je angst voor het verliezen. Voor nog meer verdriet. Want papa’s gaan dood. Dat ligt in jouw hart opgeslagen. Ik heb je geknuffeld en geprezen. Dappere, mooie meid. Wat knap dat je deze angst woorden hebt kunnen geven. Wat is het fijn nu nog beter te begrijpen waarom jouw poort voor hem soms open en soms dicht is. Een paar dagen later vroeg je na of hij je boodschap had ontvangen. Zo belangrijk was het voor jou. Ik geloof dat je niets liever zou willen dan je poort te openen voor die lieve bonus-papa. Maar daarvoor is het nog te vroeg. En dat is niet erg, lieve meid.

Vanmorgen was het zover. Schaatsen. Niet voor niets hadden we bedacht dat je dit alleen met hem zou gaan doen. Een moment voor jullie twee. Samen plezier maken. Je had er zin in. Maar je was moe, je zat zichtbaar niet lekker in je vel. Ik voelde dat er van alles gaande was in jou. Je wilde dat ik je hielp met aankleden en tanden poetsen. Dichtbij mama. Ik vroeg je hoe het met je poortje was. “Ik weet het niet. Maar het poortje van Verdriet-land staat open”, zei je. Ik nam je op schoot en vertelde je dat ik het wel begreep. Een dagje op pad was zo fijn, maar tegelijkertijd voelde je misschien verdriet omdat het geen dagje met je echte papa kon zijn. Je knikte en kroop dicht tegen me aan. In stilte liet je de woorden op je inwerken. Veilig in mijn armen. Na een poosje legde ik je uit dat het niet erg is. Verdriet en blijdschap tegelijk voelen. Je mag papa missen én zin hebben in deze dag. Nu voelde je het verdriet vooral. Maar straks op de ijsbaan zou je waarschijnlijk vooral blijdschap voelen. Allebei vanuit je hart. Omdat al die gevoelens daar wonen. Je begreep me en knuffelde nog eens flink.

Kort daarna zie ik je lachend de deur uit gaan. Blij stap je in de auto. Je mag voorin zitten, yes! Trots ga je naast hem zitten. Samen gaan jullie op pad. Ik voel hoe mooi en belangrijk dit is. Ik kijk en zwaai. Een brok in mijn keel. Potverdikke, wat ben ik trots op deze twee kanjers…

key-to-the-heart-2509704_1920

 

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: